We kunnen er niet omheen, dus beginnen we er maar mee: de VVD heeft Michel Huisman, de kunstenaar die in Heerlen de aanzet heeft gegeven voor de herinrichting van het stationsgebied, uitgenodigd om op een informatieavond over de vernieuwing van het Hilversumse stationsgebied te vertellen over hoe zij dat in Heerlen beleven. Wij hebben niet voorzien dat dhr. Huisman onze uitnodiging zou aangrijpen om zijn kunstenaarsblik op Hilversum los te laten. Met een kopie van de Heerlense berg en al.

Dat je als zoiets gebeurt in de wandelgangen van het Raadhuis en op sociale media guitige kwinkslagen moet incasseren: fair enough. Zo werkt het. Maar het is nu uitgegroeid tot iets anders. Zo wordt er ingespeeld op een gevoel dat sommige mensen in Hilversum-Oost lijken te hebben dat zij structureel minder aandacht krijgen. Een gevoel dat volstrekt onnodig is. Oost is ongelooflijk in ontwikkeling. Met Villa Industria, de Melkfabriek, het Lucent-terrein, Anna’s Hoeve en het Phillips-terrein gebeuren er hele goeie dingen in Oost. En dan vergeet ik nog de Spoorzone, een uitgebreide gebiedsagenda die wordt vormgegeven samen met de bewoners , bedrijven en organisaties. Oost bruist van de bedrijvigheid en de levendigheid. Het glas is niet halfvol, het glas is meer dan driekwart vol in Oost.

Niet lichtzinnig
Wat ook niet terecht is, is dat de indruk wordt gewekt dat er ‘lichtzinnig’ gekozen zou zijn voor het model van ‘De 7 Straatjes’. Alsof de wethouder dit eventjes verzonnen heeft tijdens het scheren. Terwijl níets minder waar is. Het lijkt wel alsof men (bewust of onbewust) vergeet welke reis er is afgelegd om hier te komen. Laten we daarom even terugkijken op wat er aan de keuze voor ‘De 7 Straatjes’ vooraf gegaan is.

De Hilversumse raad is al jaren bezig met het stationsgebied. In de raad van 18 november 2015 is er een zogeheten ‘voorbereidingsbesluit’ genomen. Tussen dat moment en nu is er letterlijk tientallen keren door de raad vergaderd over dit onderwerp. Er zijn een visie, projectplan, ‘stedenbouwkundige programma van eisen’ en een participatie-aanpak uitgebreid besproken en vastgesteld. De raad is in beeldvormende sessies bijgepraat en meegenomen. Er is met bewoners gesproken tijdens klankbordbijeenkomsten en informatieavonden.

Op 6 december 2017 heeft dit geleid tot een stedenbouwkundig plan. Een ‘ruimtelijke en programmatische uitwerking van de Structuurvisie 2030 en de Centrumvisie; opgesteld binnen de kaders van de visie Stationsgebied Hilversum’.

Dit stedenbouwkundig plan is aangenomen en heeft, met wederom uitgebreide rondes participatie en meenemen van de raad uiteindelijk geleid tot twee modellen, te weten ‘De Passage’ en ‘De 7 Straatjes’, die op 11 september 2018 zijn vrijgegeven voor participatie en advies. Vervolgens zijn in september en oktober van het afgelopen jaar deze beide modellen voor het Stationsgebied , die zelf dus al na uitgebreide afstemming tot stand waren gekomen, voorgelegd aan bewoners, ondernemers, belangengroeperingen en samenwerkingspartners.

Op 17 oktober 2018 boog de raadscommissie Ruimte en Wonen zich over dit onderwerp en bleek er een duidelijke meerderheid te zijn voor het model ‘De 7 Straatjes’. Deze voorkeur bleek ook uit de gesprekken met andere betrokkenen en dus heeft het college begin november gekozen voor dit model voor de verdere uitwerking van de stedenbouwkundige plannen. Weloverwogen. Gedragen door uitgebreide participatie en afstemming.

Op de grill
Jaren van overleggen, afwegen, kaders meegeven, kaders uitwerken, voorleggen, input verwerken, bewoners en andere belanghebbenden betrekken, feedback verwerken, nogmaals voorleggen zijn aan de keuze voor ‘De 7 Straatjes’ vooraf gegaan. En wat zou je waard zijn als betrouwbare overheid, als je al dat werk uit het raam zou kieperen omdat er iemand nog wel een radicaal ander idee heeft voor wat je met ons stationsplein zou kunnen doen? Het antwoord is: helemaal niets!

Als oppositie zou je de wethouder die zo opzichtig alle participatie én de door de raad meegegeven kaders het raam uit zou gooien op de grill leggen. Deze wethouder doet dat dus ook niet. Wat hij trouwens ook niet doet is blind en/of doof zijn voor de wel degelijk waardevolle elementen en ideeën die er nog voorbij komen en die je mee kunt nemen in de uitwerking van het door ons als raad uiteindelijk gekozen model. De wethouder luistert goed naar inbreng van andere partners en van de raad. Zoals men door de jaren dat dit project al loopt óók gedaan heeft.

Een berg te ver
Een ‘berg’ over het spoor heen is overigens nadrukkelijk niet zo’n waardevol element. In tegendeel. Mijn raadscollega Lex van Waarden van GroenLinks, die is opgeleid als architect, deed dit vrijdag 8 februari uit de doeken in een artikel op de website van de Gooi en Eemlander: zo’n berg is geen optie. Waarom? Nou, omdat zo’n berg 7 tot 8 meter boven het spoor moet liggen om over het spoor te komen. Om even te illustreren hoe hoog dat is: de ‘oversteekbuis’ over de weg bij station Mediapark ligt op die hoogte. Om glooiend tot zo’n hoogte te komen ontbreekt volledig de ruimte in Hilversum. Voor de vuist weg: voor een hoogteverschil van 1 meter is ongeveer een hellingbaanlengte van 20 meter nodig. Dat zou dus een helling van 140-160 meter aan beide zijden van ‘de berg’ betekenen. Die ruimte is er niet en zo’n berg past ook helemaal niet in het hart van Hilversum. Nog even los van hoe je dat op zou moeten lossen met andere straten en bebouwing.

Kortom, je kunt wel een plateau over het spoor heen leggen, maar mensen (zeker mensen die mindervalide zijn, slechter ter been of die een buggy of een kinderwagen bij zich hebben) zouden volledig zijn aangewezen op roltrappen of liften. Dat is niet wat wij ons voorstellen bij een verbindend element. In tegendeel.

Gouden bergen
En dan hebben we nog niet eens gehad over wat een stationsplan van Heerlense proporties kost. De gemeente Heerlen was van plan om zo’n 40 miljoen te investeren en de teller staat nu op 71 miljoen gemeentelijke euro’s. En ze zijn nog niet in de buurt van klaar. Deskundigen maakten in 2015 gehakt van de Heerlense aanpak. In NRC zei professor Piet Eichholtz, hoogleraar vastgoedfinanciering aan de Universiteit Maastricht: “Als het om mislukte stationsprojecten gaat, is Heerlen een schoolvoorbeeld. Bij andere spoorprojecten, zoals in Delft, ging het mis door financiële blunders en verkeerde aanbestedingen. Maar daar deugde het stedenbouwkundig concept in ieder geval. Dat is in Heerlen niet zo. Met het Maankwartier wordt een gigantische bak gemeenschapsgeld over de balk gegooid”.

In dat artikel valt verder te lezen dat nog niet duidelijk was hoeveel geld er ‘over de balk gaat’ en wie dat moest gaan ophoesten. De kosten lopen intussen alsmaar verder op. Van 39,6 miljoen euro in 2010 naar 50,5 miljoen euro in 2012. Eind 2014 was de stand 59,9 miljoen euro. In 2018 meldde de Limburger dat de rekening intussen 71,2 miljoen bedraagt: “Onder meer door vertraging van de bouw van zijn de totale kosten van het Maankwartier voor de gemeente Heerlen met 11,3 miljoen euro gestegen. Met deze meerkosten was geen rekening gehouden, zodat Heerlen het geld moet vrijmaken en de grondexploitatie aanpassen. De gemeente zit nu met 71,2 miljoen in het stationsproject”.

Vierkant achter keuze
Niet zo gek dus dat het college van Hilversum geen behoefte heeft om haar doorwrochte en tot achter de komma afgeparticipeerde plan in te ruilen voor een onuitvoerbare berg die op financieel drijfzand lijkt te zijn gebouwd. Sowieso blijven er altijd andere opties en over smaak valt niet te twisten. Er komt een moment dat je moet stoppen met wikken en wegen en een keuze moet maken, zodat je aan de slag kunt gaan om die keuze uit te voeren.

Er ligt een model dat aan alle kaders en randvoorwaarden die we als raad hebben meegegeven voldoet en dat na jaren en jaren van zorgvuldig bespreken, afwegen, en beoordelen tot stand is gekomen. Volgende week zal het college beslissen over het stedenbouwkundige plan en wij als VVD hopen van harte dat zij vierkant kiezen voor het stedenbouwkundige plan dat is gebaseerd op het model van ‘De 7 Straatjes’, luisterend naar de wensen en gevoelens vanuit Oost en andere nuttige ideeën en geluiden. Maar zonder het hele zorgvuldige proces, inclusief de door de raad meegegeven kaders, teniet te doen en ons minimaal 4 jaar terug in de tijd te zetten.

Het is tijd om aan de slag te gaan.

Haitske van de Linde
Raadslid VVD Hilversum
woordvoerder RO en Wonen