Afgelopen donderdagavond is de nieuwe raad van Hilversum feestelijk geïnstalleerd. Momenteel wordt gewerkt aan het leggen van de fundamenten van een nieuw college, dus is er tijd voor een klein uitstapje buiten de grenzen van de Hilversumse politiek.

En dat uitstapje gaat over Geert Wilders, de man die net zo makkelijk van slachtoffer wisselt als van overhemd. Eerst was het de Islam (let wel: de religie als containerbegrip, vooral niet de aanhangers), daarna de Polen, vervolgens de Europese Unie, waarna we afgelopen weken bij de Marokkanen zijn aanbeland. Het vervolg is bekend.

Het eerst zelf voor “minder Marokkanen” pleiten door Wilders ontaardde op 19 maart in een triest dieptepunt waarin hij een zaal ophitste “minder Marokkanen” te scanderen. Veel mensen legden meteen de – niet volstrekt onbegrijpelijke – link met WO II, ik moest zelf denken aan een scene uit de film Borat, waarin laatstgenoemde een zaal Texanen na enige aarzeling het lied “throw the Jew down the well” uit volle borst laat meezingen. Even ziekelijk.

Onversneden discriminatie en dito ophitsen zijn helaas van alle tijden. Denk hierbij maar even aan Uganda, waar dit jaar na het aannemen van een perverse wet elke homo vogelvrij verklaard is. Minder homo’s? ‘Dat gaan we regelen’, zo dacht de regering aldaar. De eerste lynchpartijen hebben inmiddels al plaatsgevonden.

Ook voor racisme in combinatie met ophitsing hoef je niet terug naar ’40-’45: in de jaren ’60 waren zwarten in de VS gewoon nog tweederangs burgers, die bij hun strijd voor gelijke rechten vooral konden rekenen op hoon, onbegrip en hevig fysiek geweld.

Voor iedereen die het nog niet gedaan heeft: Grijp je kans en ga in het filmtheater nog snel de film The Butler kijken. Iedereen die enige empathie en verontwaardiging voelt bij de erbarmelijke omstandigheden van zwarten in de VS nog geen 50 jaar geleden, kan zich misschien enigszins verplaatsen in het gevoel dat veel Nederlanders met Marokkaanse roots nu zullen hebben.

Vaak wordt in deze context gezegd dat problemen wel benoemd moeten kunnen worden. Typisch zo’n statement waar je niet tegen kan zijn. Tuurlijk moeten we problemen benoemen (of liever: oplossen), maar mensen ophitsen tegen groepen is wanstaltig, nooit een oplossing en kan verschrikkelijke gevolgen hebben.

Wij leven gelukkig in een rechtstaat en deze heeft altijd het individu als uitgangspunt en nooit een groep. Alle individuen zijn gelijk voor de wet en worden zonder vooroordelen tegemoet getreden. Individuen met een Nederlands paspoort zijn dus net zo Nederlander als ieder ander en hebben dus precies dezelfde rechten en plichten, ongeacht hun afkomst.

Mensen die deze rechten willen aantasten, zal ik altijd op basis van de principes van diezelfde rechtstaat bestrijden. Als liberaal, als VVD’er, als Hilversummer en als Nederlander.

Arno Scheepers